Avontuur

Onlangs stond ik bij een stoplicht naast een Alfa Romeo. Een beauty. Het deed mij denken aan het avontuur met mijn Alfa een halve eeuw geleden. Bij menig stoplicht ging de duim van de automobilist naast mij omhoog, wijzend op mijn Italiaanse bolide. Apetrots was ik.

Na drie jaar rijplezier voelde ik bobbeltjes op een spatbord. Roest. Gelukkig was een vakman in de familie die werkzaam was bij een plaatwerkerij/spuiterij van naam. Nadat ome Kees het roestplekje had onderzocht, luidde zijn diagnose: kanker in het metaal. "Remedie: auto volledig blank, onze superieure antiroestbehandeling en spuiten maar. Vooruit, voor jou voor een familieprijsje."

De auto zag er na de schoonheidsbehandeling puntgaaf uit. Om door een ringetje te halen. Glimlachend voorspelde ome Kees nog heel veel jaren rijplezier. Ruim twee jaar later voelde ik opnieuw bobbeltjes op een spatbord. "De kanker zit erg diep. Gauw verkopen," waste ome Kees zijn handen in onschuld.

Nog dezelfde dag van de advertentie in de Haagsche Courant krijg ik een telefoontje van een geïnteresseerde. Een uurtje later staan we gedrieën, een man van nog geen twintig, zijn vriendin en ik, bij mijn auto. Spontaan roept het meisje dat ze 'm super vindt. "Ja toch, Arie?" Arie reageert niet. Hij loopt als een keurmeester rond de auto. Op een gegeven moment houdt hij stil, wrijft over een spatbord en ik hoor hem 'roest' mompelen. Vervolgens drukt hij met zijn duim krachtig op een plek en pats, een gat van zeker drie centimeter. Geschrokken roept het meisje dat het gaatje voor Arie geen enkel probleem is. "Nee toch, schat?" Hij reageert dat er tweehonderd gulden van de prijs af moet. "Verkocht," roep ik. Zielsgelukkig valt het meisje haar lief om zijn hals. En Arie, hij glimlacht.

Wim Quist

Column Overzicht